Platform over gevels, glas & daken
Nieuwe montagetechnieken voor aluminium raamconstructies ‘in de lucht’
Vlnr. Rita Sprangers (KA Construct), Marco Cannas (Lecot) en Martin Hoefnagels (CS Raamconstructies). (Beeld: FAC)

Nieuwe montagetechnieken voor aluminium raamconstructies ‘in de lucht’

De montage van aluminium raamconstructies wordt steeds complexer. Vaak dienen de ramen al te worden geplaatst, nog voordat er een buitenschil is voorzien. Letterlijk ‘in de lucht’ dus, zonder enig fysiek referentiepunt. En dat heeft nogal een impact op het proces, zowel voor de engineering, de constructie als voor de plaatsing van het schrijnwerk. Gelukkig spelen toeleveranciers in op deze tendens met nieuwe montagetechnieken.

De reguliere indraaiankers volstaan niet meer, zeker niet als het schrijnwerk ‘in de lucht’ moet worden geplaatst. (Beeld: KA Construct)

De belangrijkste argumenten voor het plaatsen van de ramen ‘in de lucht’ zijn volgens Martin Hoefnagels, bedrijfsleider bij CS Raamconstructies en bestuurslid van de Belgische Federatie Aluminium Constructeurs (FAC), de verhoogde isolatiewaarden waardoor de positionering van het schrijnwerk ter hoogte van de isolatieschil plaatsvindt, alsmede het inkorten van de bouwtijd en daarmee het realiseren van een kostenbesparing. “Als de ramen erin staan en de waterdichting is voorzien, kan men gelijktijdig starten met de binnenafwerking en het optrekken van de esthetische schil. Een gebouw kan zo eerder worden opgeleverd. Deze tendens vraagt natuurlijk wel meer voorbereiding bij de constructeur en de aannemer. Werkzaamheden moeten perfect op elkaar worden afgestemd. De plaatsing van aluminium schrijnwerk is veel uitdagender geworden.” 

Met Triotherm houd je als schrijnwerker de lucht- en waterdichting in eigen hand, ook bij montage van de ramen ‘in de lucht’. (Beeld: Lecot)

Impact

Wat betekent die nieuwe methodiek voor constructiebedrijven? “We kijken met enige weemoed terug naar de periode dat de ramen ingemeten konden worden op basis van de reeds geplaatste dorpel en openingen in de gevel. Ook naar montage toe, kon je een zeer hoog tempo halen”, weet Rita Sprangers, afgevaardigd bestuurder KA Construct en FAC-bestuurslid, uit ervaring. “Die tijd is helaas voorbij. Nu moeten we zelf zorgen voor de ondersteuning van het schrijnwerk, want de ramen komen buiten de gevel te hangen. Daarbij moet wél al rekening worden gehouden met de volledige waterdichting naar de latere ruwbouw toe. Die nieuwe tendens heeft dus flink wat impact op het montagetempo en vooral ook de complexiteit ervan. En daar komt nog een andere complexiteit bij in de vorm van de bereikbaarheid. Ramen kunnen niet meer klassiek aangevoerd worden langs binnen, maar moeten van buitenaf geplaatst worden. We dienen in het voortraject dus ook al rekening te houden met het plaatsen van de stellingen (steigers), ruimte voor eventuele hijsgereedschappen of andere hulpmiddelen én de veiligheid.”   

Als de ramen erin staan en de waterdichting is voorzien kan men gelijktijdig starten met de binnenafwerking en het optrekken van de esthetische schil. (Beeld: Killian De Sitter)

Artiesten

Van fysieke referentiepunten is dus geen sprake bij de nieuwe plaatsingswijze. “Onze plaatsers moeten het raam dus exact uitzetten op hoogte, breedte en diepte, maar dan in de lucht”, verduidelijkt Martin Hoefnagels. “Er is geen enkel referentiepunt, terwijl het raam in een latere fase wel moet matchen met de buitenschil. We maken daarom gebruik van een laser waarmee we de aslijnen en dieptelijnen uitzetten, zodat we het raam tot op de millimeter nauwkeurig kunnen plaatsen.” De ramen worden gedetailleerd en vooraf geproduceerd op basis van de aangereikte tekeningen. Rita Sprangers: “Stel, er wordt gekozen voor een gevel in natuursteen, dan wordt deze ook vooraf gedimensioneerd en op maat besteld. Het is dan toch fantastisch als alles op de bouw samenkomt en tot op de millimeter klopt. We zijn wat dat betreft echte artiesten in de bouwkolom.”

Vaak dienen ramen al te worden geplaatst, nog voordat er een buitenschil is voorzien. (Beeld: KA Construct)

Speciale ankers

Steeds meer toeleveranciers spelen in op deze tendens met nieuwe montagetechnieken, merkt Marco Cannas, verantwoordelijke raam- en deurtechniek bij FAC-partner Lecot. “Met name de laatste jaren is er veel veranderd in de wereld van raam- en deurtechniek. Afmetingen zijn geëvolueerd, er wordt dikker glas toegepast, enz. Evoluties die ervoor zorgen dat materiaal dat vijf of tien jaar geleden gebruikt werd om ramen achter de dag te monteren, niet meer voldoet. De reguliere indraaiankers volstaan niet meer, zeker niet als het schrijnwerk ‘in de lucht’ moet worden geplaatst. Naar bevestigingsmateriaal toe worden er andere functies gevraagd. Ze moeten ramen ondersteunen en bij voorkeur ook nog verstelbaar zijn. Samen met onze leverancier Knelsen hebben we een gamma van gespecialiseerde ankers ontwikkeld, afgeleid van een Duits systeem, waarbij gevels vaak achteraf afgewerkt worden met sierpleister en het plaatsen van ramen ‘in de lucht’ al jaren gebruikelijk is. Op basis daarvan is ook een specifieke dorpeldrager ontwikkeld, voorzien van thermisch niet-geleidend materiaal, waarop de ramen worden afgesteund.”

Verschuiving van verantwoordelijkheden

Door het eerder plaatsen van de ramen in het bouwproces, verschuiven ook de verantwoordelijkheden. “Er ligt nu een grotere verantwoordelijkheid bij de hoofdaannemer”, zegt Martin Hoefnagels. “Aangezien we niet in het werk kunnen inmeten, bezorgen zij ons op voorhand de maten waarop wij de productie van de ramen baseren. En als er aslijnen komen, moet de aannemer zorgen voor een correct vertrekpunt. Verder ligt in deze situatie ook de verantwoordelijkheid voor de luchtdichting bij de aannemer, net als het voorkomen van beschadigingen aan de ramen tijdens de verdere afbouw.”
Rita Sprangers vult aan: “Daarmee is ook onze verantwoordelijkheid explicieter geworden, vooral ten aanzien van een exact gemillimeterde positie en een strikte coördinatie in functie van de kritieke planning van de aannemer. Anders stokt het ‘treintje’ en loopt het bouwproces alsnog vertraging op.”

Evolutie: voorwandmontage

Behalve de speciale ankers, ziet Marco Cannas nog een andere evolutie in montagetechnieken. “Onze leverancier Triotherm heeft zogenaamde isolatiebalken ontwikkeld die in verschillende breedtes en diktes verkrijgbaar zijn. Door de balken tegen de buitenzijde van de binnenschil te plaatsen, ontstaat opnieuw een kader waarop je de ramen op een klassieke manier heel efficiënt kan inpassen, maar dan in hetzelfde vlak als de isolatielijn. Door met een tochtprofiel te werken, is zelfs afschuimen niet meer nodig. Een mooie en bovendien gemakkelijke manier om de binnen- en buitenzijde luchtdicht af te werken. En naar verantwoordelijkheden toe, houd je als schrijnwerker met Triotherm de lucht- en waterdichting in eigen hand.”

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details